De onderwijsraad heeft op verzoek van de Tweede Kamer onderzoek gedaan naar verschillende aspecten van ouderbetrokkenheid in het onderwijs. Om dit goed te kunnen onderzoeken, maakt de raad onderscheid in een aantal relaties die ouders met de school kunnen hebben.
Goed geïnformeerd, maar niet meer formele betrokkenheid
De meest voor de hand liggende relatie tussen ouders en school is de individuele, juridische relatie: ouders hebben naast de leerplicht van hun kinderen ook een zeker leerrecht (een minimale garantie op basiskwaliteit van het onderwijs en recht op informatie over hun kind en haar/zijn prestaties). Tegelijkertijd blijkt dat ouders niet zoveel belang hechten aan de meer formele inspraak of bestuurlijke verantwoordelijkheden.
Actief partnerschap
De raad vindt het vanzelfsprekend dat de school in het schoolplan een onderdeel over ouderbetrokkenheid opneemt waarin de wederzijdse verwachtingen duidelijk gemaakt worden. Dat betekent ook dat ouders hun plichten moeten kennen en verantwoordelijkheid moeten nemen als het om onderwijs en opvoeding gaat. Andersom moet de school goed duidelijk maken wat ouders kunnen verwachten van de instelling en moet de school ouders proberen te bereiken en proberen te werken aan goede contacten.
Ouders met elkaar verbinden
Een goede ouderbetrokkenheid bij elkaar, bij de klas en bij de school kan effect hebben op de sociale cohesie in een buurt, wijk, dorp en stad. Investeringen door ouders in onderlinge contacten verdienen zichzelf terug: onderzoek wijst uit dat ouders die elkaar kennen, elkaar ook aanspreken en zo elkaar kunnen helpen. Vaste ouder-oudercontacten versterken de sociale textuur rond een klas, groep, jaar of school. Ook maken ouderverbanden het makkelijker om met ouders in gesprek te komen wanneer zich problemen voordoen met een kind.